Van discipline naar zingeving
waarom ik niet meer train om beter te worden, maar om beter te leven
Eerlijk is eerlijk: mijn drang om te presteren kwam niet voort uit iets moois. Ik wilde beter zijn dan anderen. Niet met, maar boven mensen staan. Wat zelfverzekerd leek, was eigenlijk pure onzekerheid.
Ik werkte keihard, sportte fanatiek, zette door als niemand anders. Van buiten zag het eruit als discipline, van binnen was het bewijsdrang. Mijn ego dreef me, niet mijn hart. En wat het opleverde? Niets van waarde. De voldoening was altijd tijdelijk, het volgende doel stond alweer klaar.
Op een dag kwam alles tot stilstand. Letterlijk, mijn lichaam, mijn bedrijf, mijn hoofd. Ik belandde op een dieptepunt waar ik niet meer kon vluchten in prestaties of plannen. Ik was alles kwijt waarvan ik dacht dat het me waarde gaf, geld, status, richting. Maar gek genoeg voelde dat ook als een opluchting. Eindelijk leeg.
Eindelijk ruimte.
Vanaf dat moment begon het opnieuw. Langzaam, klein, eerlijk. Ik begon weer te luisteren naar mijn lichaam, in plaats van het te bevechten. Ik kon voor het eerst een training overslaan zonder schuldgevoel. Rust nemen voelde niet meer als falen, maar als wijsheid.
Succes betekent voor mij iets heel anders dan vroeger. Het is niet meer iets wat ik kan vasthouden of tonen. Het zit in momenten, klein, maar echt. Een glimlach, een goed gesprek, een gevoel van rust in mezelf. Soms ervaar ik dat even heel scherp, dat er alleen nu is. Dat is geluk, geen applaus, geen prestatie, gewoon zijn.
Beter leven betekent voor mij tegenwoordig dat ik in het moment kan blijven. Ik probeer te begrijpen in plaats van te oordelen. Iemand die anders doet, is niet dom of lastig, die staat gewoon ergens anders in zijn leven. Ik geniet van kleine momenten: een goed gesprek, stilte, de natuur, samen lachen. Elke dag lees ik in De Dagelijkse Stoïcijn van Ryan Holiday. Het helpt me herinneren dat rust geen luxe is, maar een levenshouding.
Het mooiste wat deze verandering me heeft gebracht, is balans. Ik hoef niet meer alles te controleren. Ik laat het leven meer op me afkomen, en pak dingen aan als ze zich aandienen. Dat geeft vrijheid, mentaal, fysiek, relationeel.
En precies dat is de kern van Moef. Moef is een moment voor jezelf. Geen verplichting, geen oordeel. Een kleine pauze waarin je weer voelt: dit ben ik, hier ben ik.
Ik hoop dat mensen die mijn verhaal lezen zich herkennen. Dat ze zichzelf toestaan om even stil te staan, te ademen, te kijken. Een beetje egoïsme als zelfzorg is geen zwakte, het is nodig. Je kunt pas goed zorgen voor een ander als je eerst goed zorgt voor jezelf.
Dus kijk eens eerlijk in de spiegel. Vraag jezelf af: voor wie doe ik dit allemaal? Voor mezelf, of voor het beeld dat ik denk dat anderen van me willen zien? Het antwoord kan confronterend zijn, maar het is ook bevrijdend.
Want echt leven begint niet bij harder werken. Het begint bij zachter zijn. Voor jezelf!